Natuur en Landschap 2020-1 ||| p. 4-5 [ > p. 6-11 ]

‘Les Burettes’

Een vergeten stukje geschiedenis krijgt een nieuwe toekomst als natuurinfrastructuur

Pieter Abts en Eddy Stas

In het Bevekomveld op de grens tussen Opvelp, Willebringen en Meldert, net aan de taalgrens, zijn het niet enkel akkers die het landschap bepalen. In kleine details kan je er een ‘vergeten geschiedenis’ ontdekken. Naast graften en diep getrokken holle wegen liggen er nog enkele oorlogsbosjes zoals ze in de volksmond weten te vertellen.

Natuurpunt Oost-Brabant, met de Werkgroep Natuur en Erfgoed, trekt al jaren aan de kar om een nieuwe functie te creëren voor het vergeten vliegveld ‘Les Burettes’. Kleine bosjes, graften en stroken beton zijn de laatste relicten van een groot vliegveld, een Belgisch vliegveld dat door de Duitse bezetter overgenomen is in 1940.

Links: Le Culot, Honsem: een ‘aviol’ in gebruik als verschansing voor vliegtuigen.
Rechts: Constructie van een ‘Aviol’ met aarden wallen, zandzakken en op de achtergrond Cointet-elementen.
Foto’s Archief Eddy Stas


Taxibaan Stenen kruis op “Les Burettes”. Een ruige strook in het veld belangrijk
voor talrijke akkersoorten. Foto Werkgroep Natuur en Erfgoed

Tijdens Wereldoorlog II

De Duitsers bouwden taxibanen, landingsbanen en open bunkers of ‘Avioles’.

Al vroeg in de oorlog verlieten de Duitsers “Les Burettes” en kwam er een tweede vliegveld in (Le Culot) Bevekom. Maar helemaal in onbruik geraakte het vliegveld “Les Burettes” niet. Het werd een noodvliegveld, nuttig als een vliegveld in de omgeving zwaar beschadigd werd door bombardementen, en het werd ook gebruikt als ‘schijnvliegveld’ om de vijand te misleiden. In het uitgestrekte plateau lagen er zo verschillende taxibanen en reeksen ‘avioles’: dit om zoveel mogelijk aan risicospreiding te doen. In tegenstelling tot de landingsbanen waren deze in beton. In sommige bunkers stonden zelfs houten vliegtuigen. De open bunkers of ‘avioles’ hadden geen dak en bestonden hoofdzakelijk uit aarden bermen, om bij inslagen van bommen en de daarbij behorende luchtverplaatsingen de schade aan de vliegtuigen te beperken.

De landingsbaan was niet in beton, maar was aangelegd op pleindraad (ijzeren roosters) op de grond. Men deed dit om de landingsbaan na beschadiging zo vlug mogelijk terug operationeel te krijgen. Met beton zou dit veel te lang duren.

De Amerikanen namen de twee vliegvelden over bij de bevrijding. De laatste keer dat de geallieerde vliegvelden massaal zouden bestookt worden, was tijdens de operatie ‘Bodenplatte’ in de ochtend van 1 januari 1945, een aanval op de geallieerde vliegvelden in België, Nederland, Luxemburg en Noord-Frankrijk. Bij de gehele Duitse operatie werden zowat 1100 vliegtuigen ingezet. De aanval mislukte omdat nogal wat piloten onvoldoende ervaren waren en omdat de Duitse eenheid JG4, die zowel “Le Culot” en “Les Burettes” moesten bombarderen, de weg kwijt waren boven de Ardennen. De aanval was bij de planning uitermate geheimgehouden, zodat zelfs het eigen Duitse afweergeschut niet tijdig op de hoogte gebracht was en dus ook eigen toestellen neerhaalde.
Het vliegveld werd in 1946 definitief opgeheven. Het vliegveld van Bevekom werd wel verder uitgebouwd tot Wing 1.

En wat na de oorlog?

Het beton en de graften zorgden ervoor dat de landbouwers niet konden ploegen en zo ontstonden er struwelen en bosjes. Maar door grotere machines zijn de laatste jaren talrijke stroken opgebroken en opgenomen in akkers. Daarom is het hoogtijd dat de resten van dit verhaal beschermd worden en een nieuwe functie krijgen.

Wat heeft dit vliegveld met natuur van doen?

Temidden van de akkers bleven deze oude bunkers, graften en betonstroken jarenlang braak liggen. Sommige evolueerden tot ruige stroken, andere tot kleine struwelen. En net dit maakt het verschil in deze grote, uitgestrekte plateaus. Deze natuuroases geven de sterk bedreigde akkervogels een vaste broedstek.


Opgebroken taxibaan op het vliegveld “Les Burettes”. Foto Werkgroep Natuur en Erfgoed

Dat het niet goed gaat met de akkerfauna is een understatement. Met een achteruitgang van meer dan 80 tot 90 % verdwijnen de akkervogels zoals veldleeuweriken, geelgorzen, grauwe gorzen, patrijzen en kiekendieven als sneeuw voor de zon. Naast het aanbieden van ‘graan-voor-gorzen-akkertjes’ en tijdelijke natuurinfrastructuur met beheerovereenkomsten is er ook nood aan een vaste natuurinfrastructuur. Doornstruwelen zijn voor de gorzen ideaal als zangpost of schuiloord voor de jagende kiekendieven. Deze stroken hebben ook een belangrijke rustfunctie… Waar dit plateau jarenlang enkel werd ontsloten door trage wegen, zijn deze nu vervangen door betonwegen. Hierdoor zijn rustgebieden belangrijk geworden voor de grondbroeders en de akkerfauna.

Zo’n vaste natuurinfrastructuur kan op deze plaats gerealiseerd worden – met tegelijk een knipoog naar het verleden – door deze stroken en oude beton te verbinden.

Excursie:
Verkenning van het oude vliegveld op de Open Archeologiedag
Gids: Eddy Stas
Wanneer: Zondag 31 mei 2020 om 14u00
Afspraak: hoek Kerselaarstraat en Veldstraat, Honsem/Boutersem

Blauwe kiekendief, op jacht boven de akkers. Ruige stroken en struwelen in het verder
kale landbouwlandschap zijn belangrijk als schuiloord. Foto Karel Van Rompaey