De uitbouw van een reservaat is als het in elkaar steken van een enorme puzzel, moeilijke puzzels met 1000 op het eerste zicht sterk op elkaar lijkende verschillende stukjes. Beetje bij beetje passen de vele kleine stukjes in elkaar tot een geheel dat meer is dan de som van de delen. Maar soms blijven er nog gaten die natuurherstel op ecosysteemniveau bemoeilijken. Tot er plots een groot puzzelstuk kan gelegd worden. Dat is nu gebeurd in Aronst Hoek (Geetbets). Zo wordt Aronst Hoek van een verzameling percelen steeds meer een groots, samenhangend en weerbaar top natuurgebied waar ruimte kan gegeven worden aan de rivier en het herstel van de ecohydrologie. 20 september 2013 heuglijke dag voor Aronst Hoek Het Hof ter Vreundt was een belangrijke historische site met een donjon gelegen langs de Melsterbeek. De Melsterbeek is op deze plaats een historisch vergraven rivier. Deze vergravingen van de rivieren waren nodig voor de bediening van de molens en voor het inrichten van hooi- en graasweiden. Het domein was lange tijd eigendom van het Oriëntenklooster. De donjon werd afgebroken in 1910. Bij Natuurpunt was het gebied al langer bekend als de Segeraetweide (genoemd naar familie Zegraedt die eigenaar was) omwille van zijn uitzonderlijke natuurwaarde. Alhoewel de Getevallei op vele plaatsen sterk verdroogd is, bleef er op deze plaats steeds een onontgonnen moerassig gebied over. Dit als laatste relict van een natuurtype dat vroeger veel voorkwam in de valleien. In heel de Getevallei vinden we maar drie relicten meer terug: dit gebied, De Kampot (eveneens Aronst Hoek) en het
|
Aronst Hoek: een grootse ‘nieuwe wildernis’ Andere typische soorten voor overstromingsgraslanden zijn bv. polei en klein vlooienkruid. Nu komen soorten van zilverschoongraslanden als aardbeiklaver en veldgerst voor. In het Belgische binnenland zijn dergelijke vegetaties vrijwel beperkt tot de benedenlopen van Herk, Gete en Velpe en hun samenvloeiingsgebied met de Demer van Halen tot Diest. Typisch zijn ook de moerassprinkhaan, de kustsprinkhaan en de gouden sprinkhaan. De wulp broedt hier jaarlijks. Het is het winters eldorado voor vogels als watersnip, zilverreiger en tal van eenden zoals smient, en overwinterende wilde en kleine zwanen. De wilde zwaan is een vogelrichtlijnsoort met een historische overwinteringsplaats in het samenvloeiingsgebied Demer met Herk, en langs de Gete waar hij de laatste jaren overwinterde in de Getevallei tussen Geetbets en Halen. Bovendien denken we dat dit één van de topgebieden kan worden voor een mondiaal kwetsbare soort als de kwartelkoning. Dit is zeer relevant want tot hier toe vormden alleen de IJzervallei en het nabijgelegen Schulensbroek de enige min of meer vaste territoria voor deze soort in Vlaanderen. Het gebied biedt ook potenties voor de porseleinhoen en voor de grutto waarvan er een relictpopulatie is in het aangrenzende gebied van de Vroente te Halen. Een beheer voor de toekomst |
|
|
.