Ruilverkaveling Willebringen in allerlaatste rechte lijn mist kansen voor duurzame natuur en een robuust landschap
Ruilverkaveling Willebringen in allerlaatste rechte lijn mist kansen voor duurzame natuur en een robuust landschap
Eind april, begin mei in de laatste rechte lijn naar de voleinding van de ruilverkaveling Willebringen (op grondgebied Bierbeek, Boutersem, Hoegaarden en Tienen) kwam de totale maar dan ook totale anticlimax. De grootste teleurstellingen betreffen de delen die op het goedgekeurde structuurplan als natuurontwikkeling staan en in de eerste formele neerlegging voor natuur en vernatting bestemd waren: ze zijn met één pennentrek geschrapt en meteen ook de mogelijkheden voor Blue Deal. En ook dat niet de minste garantie gegeven wordt dat de natuurontwikkelingsgebieden en de buffers die op het plan staan, ook effectief gerealiseerd worden en duurzaam in standgehouden. Jaren hard gewerkt en inbreng gedaan voor een goed ruilverkavelingsplan, voor inspraak bij het MER (Milieueffectenrapport), duizend en één overleggen en tonen van begrip voor de landbouwbehoeften, en nu finaal constateren dat alle, maar dan ook alle argumenten goed zijn om de taakstelling van het goedgekeurd structuurplan en de conclusies van het MER links te laten liggen. Een bezwaar van elke andere derde en de optie natuurontwikkeling wordt gelijk geschrapt.
Een aanpak die ingaat tegen alle principes van duurzaamheid
Het is duidelijk dat de aanduiding natuurontwikkeling of natuur op het ruilverkavelingsplan in vele gevallen niets betekent en bij elke afweging ondergeschikt is aan andere belangen. Het is duidelijk dat geweigerd wordt waarborgen te geven om zelfs bij maatregelen van landinrichting voor natuur de natuurdoelen duurzaam te verankeren. Het is duidelijk dat percelen van meer dan 20 ha op hellend terrein toch gerealiseerd worden met daarnaast hooguit flinterdunne bufferstroken die de afvloeiing niet kunnen stoppen. Het wordt een feit dat op vele plaatsen de taluds, die in het structuurplan als absoluut te behouden staan, gewoon midden in een nieuw akkerperceel van 20 of meer ha komen te liggen. Zowel in het goedgekeurd structuurplan als in het MER staat nochtans het principe voorop dat deze taluds ofwel perceelgrenzen dienen te zijn ofwel een afzonderlijk kadastraal perceel. Zoniet zullen deze taluds één voor één binnen het grote akkerperceel verdwijnen.
Het is duidelijk dat veel trage wegen verdwijnen en er een veelheid van (semi) verharde wegen bijkomen, zelfs om één landbouwperceel te ontsluiten. De ruilverkaveling als een schaamteloze vraagbaak voor steeds meer inrichtingswerken, ontginning en ontsluiting. Betonstop is hier ver weg, zeer ver weg.
Een uitgekleed en (biologisch) doods landschap
Terwijl het structuurplan ook naar het landschap buiten de bijkomende natuur keek, is het landschap na deze invulling van de grootschalige kavels echt uitgekleed en zijn de buffers te minimaal om tegengewicht te bieden. Op cruciale plaatsen wordt het structuurplan gestript, worden kansen gemist voor een meer integrale aanpak van de valleisystemen, voor een duurzaam landschap, worden kiemen gelegd voor toekomstige problemen zoals asymmetrisch in een vallei aan de ene zijde van een gracht natuur voorzien en aan de andere landbouw. Terwijl de ene hoge waterstanden moet hebben en de andere diepe drainage wil. In vele gevallen worden de robuuste natuurgebieden herleid tot onsamenhangende lappendekens van percelen met verschillende statuten die toekomstgericht beheer hypothekeren. Worden samenhangende natuurcomplexen op het plan bij elke stap uitgekleed en herleid tot onder een kritische drempel of tot geformaliseerde schijn. Natuur op papier zonder enig effect op terrein maar goed voor de perceptie. Kansen worden niet benut of onmogelijk gemaakt, zelfs als dit niet nodig is of geen consequenties heeft voor de grondbalans.
Onbegrijpelijk dat vandaag natuur en biodiversiteit nog zo in de verdomhoek belanden
Het resultaat van de ruilverkaveling is zoals het proces ruilverkavelingsproces: als het erop aankomt, is natuur, landschap, integraal waterbeheer en biodiversiteit het vijfde wiel aan de wagen en alleen goed voor een alibi. Beleden op papier en met een reeks formaliteiten maar veel gebakken lucht en niet effectief in de praktijk. Nochtans zijn de argumenten voor meer natuur en een robuust landschap vandaag zo sterk en wegen ze elke dag zwaarder. De biodiversiteit in het landbouwgebied is dermate in elkaar gestuikt, dat herstel broodnodig is, zelfs in het belang van de landbouw. Daarom waren we ervan overtuigd - ook omdat die doelen wel opgenomen waren in het goedgekeurd structuurplan en het MER - dat we ondanks onze de minderheidspositie in de structuren toch in alle redelijkheid en met de wil tot dialoog zouden kunnen komen tot een gerede oplossing. Lees goed: een gerede oplossing die verdedigbaar is en recht doet aan natuur voor de toekomst. Maar wat nu voorligt komt zelfs daar nog niet in de buurt en is een aanfluiting.
De onwil van de ruilverkavelingsactoren
In deze finale fase van het proces voelen we absoluut niet de wil om te komen tot een gerede en verdedigbare oplossing, voelen we ons gefaald en mislukt, overruled door de pletwals van het ruilverkavelingssysteem. Er worden kansen gemist en toekomstige problemen gecreëerd die niet op te lossen zullen zijn met nog een bijkomend wachtbekken end of the pipe. Waar wat in de plannen als natuurontwikkeling aangeduid wordt, geen garantie krijgt effectief natuur te worden. En wat dan wel natuur wordt door gebrek aan samenhang of een mix aan statuten niet optimaal zal kunnen functioneren. Onvoorstelbaar dat dit nog mogelijk is in een ruilverkaveling anno 2022, temeer daar het structuurplan en het landschap wel deze kansen bieden.
Het is duidelijk dat de proces- en beslisstructuur en - cultuur in de ruilverkaveling niet toelaten dat de legitieme vragen voor natuur en biodiversiteit op de cruciale punten en plaatsen verdedigd en ingebracht worden. Dat zijn de feiten en feiten zijn feiten, en met optimisme en geloof in overleg dat ons eigen is, alleen komen we er niet. Ontmoedigend! Er zullen vurige tongen en nieuwe energie nodig zijn om dit in de lopende meimaand nog finaal goed te laten landen met 129 ha BIJKOMENDE, EFFECTIEF EN DUURZAAM GEREALISEERDE NATUUR EN 61 KM BREDE BUFFERS EN ALLE TALUDS BESCHERMD ALS GROENBLAUWE DOORADERING VAN EEN NIEUW ROBUUST EÑ LEVEND LANDSCHAP ZOALS OPGENOMEN IN HET GOEDGEKEURD STRUCTUURPLAN EN HET MER.
Die opdracht, die droom mogen we ons ondanks de teleurstelling niet laten afnemen. Daarvoor moeten we zelfs tegen beter weten in blijven gaan. Blijven hopen op een gerede oplossing.
Zeker nu moeten we met Willem de Zwijger zeggen: je moet niet hopen om te ondernemen, niet slagen om door te zetten.
Het had anders gekund. Het kan anders. Het moet anders.
Desnoods - als men halsstarrig onze argumenten blijft negeren- zal de administratieve rechter maar uitspraken moeten doen hoe bindend de taakstelling van het structuurplan en de randvoorwaarden van het MER zijn, en of de bepalingen van het VEN EN DE PRINCIPES VAN BEHOUD TALUDS, HOLLE WEGEN EN DE ZORGPLICHT UIT NATUURDECREET gerespecteerd worden. Dit geldt zowel voor het toebedelingsplan - dat een beslissing is van een administratieve overheid (waartegen beroep bij de Raad van State mogelijk is) - als bij concrete vergunnings- en andere procedures zoals de zgn. art 70 procedure. De huidige beslissingen rond toebedeling bepalen ook de toekomstige procedure met openbaar onderzoek rond de wegen. Voldongen feiten. Het omgekeerd van goed bestuur. Bij de huidige gang van zaken is bezwaar, beroep en procedure bij de Raad voor Vergunningsbetwisting na uitputting van overleg en afwijzen van gerede oplossingen de enige overblijvende uitweg .
Spijtig, teleurstellend, onnodig. Het zou anders gekund hebben. Het zou anders kunnen. Het moet nog anders. Nu moet bijgesteld worden, nu het nog kan.
Deze bijdrage is een ultieme schreeuw voor de gerede uitvoering van het structuurplan met alle taakstellingen, waar natuur toekomstnatuur is en geen cijfer in een boekhouding dat niets betekent of de kansen niet benut. Waar het landschap robuust gebufferd is en een antwoord biedt op de klimaatuitdagingen en de waterbommen zoals deze van 14 juli 2021.
Dit is een roep om een deus ex machina om de impasse te doorbreken. Nu het ultiem nog kan. Nu het nog kan, moet ingegrepen worden en niet achteraf met een therapeutisch gesprek nadat het ruilverkavelingcomité beslist heeft en we nog meer dan nu tegen overmacht en voor voldongen feiten staan.
Het is geen vijf voor 12 maar 1 voor 12 om toch tot een gerede oplossing te komen.
Onderschriften bij de fotos in N&L
Landschap met taluds en holle wegen. Voorbeeld van groenblauwe dooradering. In het ruilverkavelingsplan waren 61 km brede buffers voorzien langs holle wegen, taluds en doorheen het landschap, alsook het behoud van alle taluds. Wat nu voorligt komt daarin geenszins tegemoet. Dit landschap is niet klimaatbestendig en bij elke kleine waterbom zullen tonnen leem afspoelen. Dat wordt niet opgelost door nog een bijkomend wachtbekken, end of the pipe. Taluds liggen bij de nieuwe percelen in vele gevallen binnen nieuwe percelen van meer dan 20 ha, Dit is de beste garantie om weg te ploegen- zie ruilverkaveling Hoegaarden- ondanks wettelijke bescherming. Dit is meer dan een gemiste kans .
Kwelgebied Wijttebroek in complex Zegelberg-Wijttebroek met uittredend ijzerrijk grondwater.. Dit topgebied voor natuurontwikkeling met ontwikkelingskansen voor Europese habitats natte natuur met Europese soorten als Korfslak werd in de officiële neerlegging toegewezen voor natuurontwikkeling, maar dreigt terug naar gangbare landbouw te gaan met behoud en versterking van drainage, waarbij het natuurcomplex wordt gereduceerd tot losse percelen waar geen natuurontwikkeling noch vernatting mogelijk is. Natuur komt maar aan de orde als alle andere vragen ingevuld zijn, alle plannen en mooie intenties rond natte natuur met blue deal ten spijt. Het verschil tussen natuur op papier en wat het wordt in de praktijk is hemelsbreed. Halsstarrig wordt geweigerd om voor alle 129 ha percelen natuurontwikkeling op het plan en binnen de taakstelling ook deze verplichting tot het beheer en duurzaam behoud als toekomstnatuur in de akte bij overdracht naar nieuwe eigenaar op te nemen. Dat is de enige garantie om de duurzame natuurtoekomst voor deze gebieden te garanderen. Zonder deze erfdienstbaarheid ( voorzien in decreet natuur) wordt natuurontwikkelingsgebied gewoon als elk ander gebied met de vrijheid van exploitatie geplaatst inclusief drainage en ploegen tot akker van grasland. Is er niemand in dit land die zulke discrepantie kan verhinderen tussen wat als beleid beleden wordt en in het ruilverkavelingsplan en mer opgenomen is als voorwaarde om tot een ruilverkaveling te komen en de uiteindelijke realiteit die herleid is tot schijn. Het is geen vijf voor twaalf maar 1 voor 12.